Met de trein naar de bergen

2021
5
bergen

"Zijn jullie met de trein naar de bergen geweest? Ik wist niet dat dat ging. Hoe lang waren jullie dan onderweg? Ging dat op één dag? Dat zal wel duur geweest zijn?!"
Dit zijn enkele reacties op ons avontuur die wij in juli 2021 ondernamen, nl BPA de Berliner Höhenweg:  een huttentocht in het Oostenrijkse Zillertal. Maar… we reisden met de trein. Daarbovenop  deden we een vergelijkende test: een groepje ging met de auto, een ander groepje met de trein. Wie was het snelst? Na de huttentocht reisde mijn gezin me na… met de trein…

Samen carpoolen is de klassieke oplossing om naar de bergen te gaan. Zeker als medereizigers een bedrijfswagen hebben, is dat praktisch en goedkoop. Maar wat doe je als er onvoldoende auto’s zijn, of als er te weinig chauffeurs zijn? Of misschien wil je onderweg wat meer rusten of een boek lezen. Dan biedt de trein een alternatief en het is bovendien nog duurzaam en goed voor het klimaat ook. Toch is het vaak geen voor de hand liggende keuze om met de trein te reizen. 

Met de trein kies je best je bestemming zorgvuldig uit. In de grote steden geraak je vaak vlot. Maar, de zogenoemde ‘last mile’, of het laatste stuk tot aan het wandelpad, leg je niet overal even makkelijk af. In Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk zijn er echter verschillende opties om de ‘last mile’ eenvoudig te overbruggen. In deze landen geraak je met het openbaar vervoer tot aan het wandelpad. 

Eerst brengt de Duitse hogesnelheidstrein, de InterCity Express, kortweg ICE, je naar de grote steden, met 100% groene stroom. Op 6 tot 7 uren sta je in Zürich, Genève of München. Op 8 tot 9 uren rijdt je  jSalzburg of Innsbruck. Het laatste stuk leg je dan af met een lokaal treintje of bus, of eventueel zelfs per taxi. Dit laatste stuk vraagt toch nog wel een paar uur, als is dat laatste stuk natuurlijk afhankelijk van waar je precies naartoe wilt. Maar, ’s morgens in België vertrekken, ’s avonds aankomen in de bergen. Dat kan dus.

Een andere optie is de nachttrein. Sinds 2020 brengt de Nightjet je naar München, Wenen of Innsbruck. Je spaart een overnachting uit. De Nightjet doet er wel langer over, nl 15 uren, maar daardoor kom je wel in de ochtend toe (om 07u00 in München, om 09u00 in Innsbruck). De ICE is comfortabel en heeft wifi. De nachttrein komt uit de vorige eeuw, maar de bediening is wel hartelijk. Met onze groep kozen we voor een reis overdag. Onze ervaringen lees je hieronder.

Trein

De Duitse hogesnelheidstrein ICE  in Frankfurt

 
Tot aan het wandelpad

De Duitse (DAV) en Oostenrijkse (AÖ) Alpenvereniging zochten uit welke bergtochten goed bereikbaar zijn met ‘öffis’, de verkorting van het Duitse woord voor openbaar vervoer (öffentlicher Verkehr). 

Voor DAV Panorama (uitgave van 4/2021) maakte Michael Vitzthum onderstaande kaart. Hierop zie je de locaties in de Duitse en Oostenrijkse Alpen die eenvoudig bereikbaar zijn met de trein (‘Bahn’ in het Duits) of met de bus. 

In de apps Alpenvereinaktiv en Outdooractive, die eigenlijk dezelfde achterliggende data en kaarten hebben, kan je bovendien filteren op tochten die met trein en bus bereikbaar zijn. Dat maakt het zoeken wat eenvoudiger. 

Voor de dienstregeling van het openbaar vervoer in de Alpen zijn er ook handige apps, waarmee je ook tickets kan kopen. Ik gebruik meestal de app en website van de Duitse spoorwegen (website ‘bahn.de’ en app ‘DB Navigator’), maar die van de Oostenrijkse spoorwegen (ÖBB, oebb.at) is even goed. 

De Wegfinder is een routeplanner van ÖBB die alle transportopties in Oostenrijk samenbrengt: bus, trein, taxi, deel- en huurauto’s, deelfiets en e-scooter. Je kan via Wegfinder ook een ticket kopen voor het ganse traject, ongeacht je vervoersmiddel. In Oostenrijk worden de bussen uitgebaat door een ander bedrijf. In Tirol is dat bijvoorbeeld VVT. Een app zoals Wegfinder brengt de dienstregeling en ticketverkoop van alle vervoersbedrijven samen. 

Met het ‘ÖBB Rail & Drive’-programma kan je bovendien een auto huren om de ‘last mile’ eenvoudiger af te leggen. Ook deze auto’s kan je huren via Wegfinder. In populaire stations voor bergtochten, zoals Innsbruck, Jenbach, Bischofshofen of Schladming vind je makkelijk een huurauto. Die lijken me voornamelijk geschikt voor locals die op daguitstap gaan. Als je op meerdaagse huttentocht gaat, is bus en taxi wel handiger om aan het wandelpad te geraken. De auto staat dan wel een week geparkeerd, terwijl je huur betaalt. Als je in de vallei op hotel gaat, krijg je in de meeste valleien een gastenkaart, waarmee bus en kabelbanen gratis zijn.

 

Map

Locaties in de Oostenrijkse en Duitse Alpen die goed bereikbaar zijn met trein (Bahn, in het rood) – Gemaakt door Michael Vitzthum, eerder verschenen in DAV Panorama 4/2021. 


Nuttige apps om je reis naar de bergen te plannen

  • DB Navigator – App van de Duitse spoorwegen (Deutsche Bahn – ook via bahn.de)
  • ÖBB Scotty – App van de Oostenrijkse spoorwegen (ook via oebb.at)
  • Wegfinder – Combineert en vergelijkt alle opties – trein, bus, taxi, deelauto-, deelfiets en e-scooters –initiatief van de Oostenrijkse spoorwegen
  • Alpenvereinaktiv – Portaal met bergtochten, gezamenlijk opgezet door de bergsportfederatie van Duitsland (DAV), Oostenrijk (AÖ) en Zuid-Tirol (AVS). Je kan filteren op routes die bereikbaar zijn met openbaar vervoer (In de filter, gebruik de setting ‘public transport friendly’ of ‘mit Bahn und Bus erreichbar’
  • Outdooractive & Tochtplanner.be
  • Varianten op Alpenvereinaktiv – dezelfde databank en software is gebruikt als bij Alpenvereinaktiv


Met de trein naar Mayrhofen

Voor de Berliner Höhenweg reisden we naar het station Mayrhofen. De rit ving aan om 8u25 in Brussel-Zuid. Na 4 keer overstappen arriveerden we om 19u30 in Mayrhofen. Na een overstap in Frankfurt kwam de ICE trein om 15u30 toe in München Hauptbahnhof. 

In München HBF testten we meteen de fysieke conditie. Het was toch nog een kleine 10 minuten wandelen naar het perron van de volgende trein. Vanaf hier namen we een lokaal en tegelijk internationaal treintje: een boemeltreintje dat over de grens ging. Na een overstap in Kufstein en vervolgens Jenbach, verder naar met de Zillertal-express naar Mayrhofen. De treinen sloten mooi aan, enkel aan de grens met Oostenrijk stond de trein een kwartier stil, waardoor we uiteindelijk met een half uur vertraging onze bestemming bereikten. Een taxi bracht ons vervolgens naar de Dominikushütte, diep in het Zillertal, waar we om 20u perfect de start van de wandeling aankwamen. 

In totaal waren we 11h onderweg met de trein, overstappen inbegrepen. De auto was op hetzelfde moment gestart in België. Zij kwamen toe om 19u. Na een totale reis van 980 km en 10 uren rijden komt de autogroep 1 uur sneller toe dan de treingroep. De whatsapp chat deed besluiten dat de auto en trein eigenlijk even snel gingen. De auto won vooral tijd op het laatste stuk, en stond bovendien amper in de file op de autosnelweg.

De terugweg begon, een week later, om 7u30 hoog in de bergen, vanuit de Edelhütte. Na 1 uur wandelen namen we de kabelbaan tot in Mayrhofen waar de trein vertrok om 8u47. Volgens plan zouden we pas de trein om 9u47 in Mayrhofen nemen. Gezien de aansluiting met de ICE in München echt niet kon gemist worden, namen we de vroegere trein in Mayrhofen om wat extra marge in te bouwen voor de aansluiting in München. Alles verliep vlot, en ook in München konden we een vroegere trein nemen: de ICE naar Frankfurt. Een ijverige conducteur had dit, helaas voor ons, gezien. Een ICE reserveer je voor een specifiek uur, met specifieke zitplaatsen. Blijkbaar mag je wel een latere trein nemen, maar niet een vroegere trein. We werden dus halfweg, in Nürnberg, uit de trein gegooid. Wachten dus voor de trein die we gereserveerd hadden. Wel vervelend, maar uiteindelijk zaten we wel nog op schema. Om 22u komt de groep terug aan in Brussel, een half uur later dan gepland. 

De conclusie is dat de reis naar Mayrhofen ongeveer even snel is met de trein als met de auto. Wie uiteindelijk de snelste is, hangt voor een deel af van geluk, zoals ‘hoelang staat de auto in de file’, en of ‘de aansluitingen met de trein vlot gehaald worden al dan niet’. De auto nam ook weinig pauze onderweg. De terugreis duurde wat langer dan de heenreis, maar we vertrokken dan ook vanuit een berghut en bouwden bovendien marge in om op tijd te zijn voor de internationale trein. En ook de auto bleek langer onderweg te zijn, waardoor uiteindelijk ook in de terugweg de autogroep maar een beetje sneller thuis was dan de treingroep. 

De trein duurder?

Als je maanden op voorhand treintickets koopt, valt de prijs mee. Zo lang er nog tickets met ‘Sparpreis’ of zelfs ‘Super Sparpreis’ over zijn, betaal je minder. De Duitse spoorwegen maken reclame dat je de reis naar Oostenrijk kan maken voor een prijs vanaf 22,40 Euro, enkele reis. Voor deze reis naar Oostenrijk was het, door de covid-19 beperkingen, tot kort voor vertrek nog onduidelijk of de reis zelfs kon doorgaan. Met de treingroep betaalden we, 1 maand voor vertrek, voor een rit op zaterdag, 85 Euro per persoon (enkel) voor de trein en 12 Euro per persoon voor de taxirit naar de Dominikushütte. 

Mijn gezin vertrok 10 dagen later op een weekdag en betaalde 60 Euro perpersoon, met het extra voordeel dat kinderen t.e.m. 14 jaar gratis zijn. Mijn vrouw en 2 kinderen reisden dus voor 60 Euro, enkele reis.

Een studie van VAB berekende wat het gemiddeld kost aan brandstof om 100 km met de auto te rijden. Dat bleek 7,5 Euro / 100 km te zijn voor een benzinewagen en 7,7 Euro / 100 km voor een dieselwagen. Voor een rit naar het Zillertal (bijna 1.000 km) komt dit neer op een kost van 75 tot 77 Euro voor brandstof. Uiteraard is de exacte brandstofkost afhankelijk van het type auto en verbruik van de auto. Hou er ook rekening mee dat de totaalkost van een auto 3 tot 6 keer groter is dan de kost van brandstof alleen.

KU Leuven berekende dat de gemiddelde totaalkost van een auto per 100 kilometer uitkwam op 45 Euro voor een benzinewagen en 25 Euro voor een dieselwagen. De totaalkost van een auto houdt naast de kost van brandstof ook rekening met de vaste kosten van verzekering, belastingen en onderhoud. 

Voor de groepsreis naar Oostenrijk was de trein uiteindelijk dus duurder dan de auto (enkel brandstofkost), ook al omdat je op de trein voor elke persoon apart betaalt en de auto een bedrijfswagen was. Voor mijn gezin was de trein goedkoper. De kinderen reisden gratis, en mijn partner hoefde niet het hele traject zelf te rijden. Indien je de totaalkost van je auto zelf betaalt, is de trein goedkoper. Verder is de trein natuurlijk ook beter voor het klimaat. Een trein stoot gemiddelde 4 tot 5 maal minder CO2 uit dan een auto.

Finaal hangt de keuze tussen trein en auto sterk af van wie de kost betaalt, wat je het meest comfortabel vindt en hoeveel belang je hecht aan klimaat.